Vandaag 11 december 2004, zijn we weer in Swifterbant.
Maar wel met een klein groepje.
Ine (ziek), Fem(oppassen), Frans(werken), Henny (dus ook niet) en Rob(oppassen), zijn niet van de partij.
Hopelijk zijn ze er in januari weer wel.
Onder de koffie, met feestelijke vlaai van Adrie en Anton, werden allerlei problemen besproken



Hans had van een overleden vriend een apparaat geërfd en wist niet precies wat het was en hoe het werkte. Anton wist het wel en liet zien wat je ermee kunt.
Het was een snijploeg maar zonder blokpers en persknecht

Hoofdzakelijk waren het problemen met het chevronkapitaal dat maar niet diagonaal wilde blijven op den duur.Jaap en Hans komen iedere keer niet goed uit. Het probleem is niet dat ze niet begrijpen hoe de steek gemaakt moet worden.
Het probleem zit hem in het terugsteken, wat de narigheid veroorzaakt. Ook het feit dat je altijd haaks op het basiskapitaal moet steken is een punt.

Jaap maakt een slotje en boort de gaten



 Jopie heeft twee boeken klaar maar……..



de slotjes moeten nog vast-gemaakt worden en zij kan niet klinken (wel met een glas).
Anton doet geduldig voor hoe en wat en…..na wat oefenen zitten de slotjes er goed aan.

De boeken van Jopie zijn met de miniboekjes vereeuwigd.


De miniboekjes.


Anton had al zoveel voorwerk gedaan wat betreft het derde boek van ons project,.
Allereerst worden de katernen gevouwen.



Daarna worden de katernen gesnoeid op de bordschaar.

Hierna een fotoreportage van het werk van Anton.


De platkernen worden aan de rugzijde afgerond.

De platkernen worden, na te zijn afgetekend, tegelijk voor-geboord. Zodoende zitten de gaten al-tijd gelijk. Nu moeten de kantgroeven worden aangebracht.

 De katernen gaan, aan weerszijden voorzien van een stuk karton, in de blokpers om te worden afgetekend en ingezaagd.


 Het aftekenen van de naai-gaten
Het boekblok wordt inge-zaagd.



 Het boekblok is ingezaagd.




 Naaimethode 2.
De platkernen worden beiden van een naaisel voorzien.
Het boekblok is genaaid.De katernen worden verbonden door kettingsteken.

 Anton heeft de rug en een gedeelte van de platten overtrokken met shirting.
Nu is het Byzantijnse kapitaal aan de beurt. Het is een dubbelkapitaal. Dat wil zeggen dat er twee kernen zijn. Dit model heeft een met de platkernen verbonden direct bestoken kapitaal met twee kernen.








Het boek wordt in het leer gezet Het leer wordt aan kop en staart aan de rugkant schuin ingesneden en op de platten aan de binnenkant deels over het kapitaal getrokken. De rug wordt naar binnen gevouwen en met een klein kapje vast-geplakt.
De gleuven aan kop, staart en voorsnede worden met kartonnen strookjes, ter breedte en diepte van de gleuven, in het boek gedrukt d.m.v. een strak om het boek getrokken rekverband.



Als dit geheel 24 uur heeft liggen drogen kan het uit het verband gehaald worden.
De sloten kunnen worden gemaakt.





Na veel puzzelen en pro-beren kwam Anton op het idee om een malletje te maken waarmee de gaatjes voor de vlechtsluitingen, eenvoudig maar regelmatig verdeeld, aan te brengen waren.



Het voorsteken van de gleufjes